Jaap de Raat
Photography, interlacing digital techniques with artisanal and historical processes, as sustainable as possible
Over Jaap de Raat
Als psycholoog is hij wetenschappelijk opgeleid en heeft jarenlang gewerkt in advies en managementfuncties in kinderopvang en welzijnswerk. Als zelfstandige professional heeft hij zijn expertise op dat vlak o.m. ingezet als begeleider/ docent.
Als kunstenaar is hij autodidact, maar vol enthousiasme en passie aan het werk. hij houdt ervan de dingen te onderzoeken, ermee te experimenteren en wat hij ontdekt vast te leggen/ op te schrijven. Zo vormt hij zichzelf (natuurlijk ook met hulp van anderen:Hein Kuiper en Peter Zuur hebben een belangrijke aanzet gegeven) en is zo zelf ook “a work in progress”.
Over het werk
Zijn werk ontstaat als resultaat van nieuwsgierige onderzoekdrang. Steeds probeert hij te ontdekken wat er (geweest) zou kunnen zijn, naast of op basis van wat er nu (te zien) is. Fotografie is zo een soort tijdmachine: de beelden die het oplevert zijn, zodra ze gemaakt zijn, een herinnering. Zo kan heel divers en gevarieerd werk ontstaan, soms heel kleurrijk dan weer ‘solotoon’ op basis van bijvoorbeeld oude fotoprocessen. Hij vormt collages uit (delen) van digitale foto’s, die hij via oude en moderne print/foto procedés zo mogelijk handmatig op papier of op een andere ondergrond overbrengt. Handgeschept en duurzaam vervaardigd papier heeft zijn voorkeur omdat er zo werk ontstaat met een uniek karakter door de imperfecties die horen bij zijn bijna ambachtelijke wijze van afwerken.
Jaap is steeds op zoek naar mooi en zo milieuvriendelijk mogelijk papier en materiaal. Dat vraagt veel uitproberen en geeft soms mooi resultaat. Zo mondde het maken van groentepapyrus bijvoorbeeld uiteindelijk uit in een serie kleurig, abstract werk waarin de interactie van de verschillende vezels te zien is.
Gebruikte termen
Hieronder volgt een korte toelichting op wat termen die gebruikt worden om werk te omschrijven.
Een pigment druk is een inktjetprint; afdruk gemaakt door een inktjetprinter. Vaak op speciaal daarvoor gemaakt papier. Als de printer waarmee de print gemaakt wordt, pigment inkt gebruikt (in tegenstelling tot dye inkt) dan is er sprake van een pigment print of druk.
De druk bestaat dan uit louter pigment op papier en wordt als zeer houdbaar gezien. Als gedrukt op handgemaakt papier kan men zelfs van uniciteit spreken.
Pigment transfer is een methode om een pigment druk over te brengen op een andere al of niet bewerkte drager, waarbij imperfecties ontstaan die ervoor zorgen dat het werk een uniek karakter krijgt. Er zijn talloze manieren om pigment over te brengen op een andere drager. Vaak wordt acrylmedium gebruikt, maar ook wax- of freezer paper. Verder is er een methode om fotocopy plaatjes met hulp van arabische gom op een andere drager over te brengen.
Een Amerikaanse kunstenaar, Bonny Pierce Lhotka, heeft een aantal manieren van pigment transfer ontwikkeld en beschreven in haar boeken. Daarbij wordt een “plaat” gemaakt door een bestand van een computerbeeldbewerkingsprogramma af te drukken op een acetaatdrager. Met behulp van een oplosmiddel wordt de door de printer aangebrachte pigment laag vloeibaar gemaakt. Vervolgens wordt de ‘plaat” op papier of een andere drager gelegd, waarna door zorgvuldig wrijven de transfer plaats vindt. Zeefdrukpapier geeft een redelijk voorspelbare druk. Veel andere, zeker de handgeschepte, papieren reageren op een onvoorspelbare manier. Het vergt veel herhaling en aandacht om daarop een succesvolle druk te maken. Juist daarom voldoen deze methoden voor mijn werk bijzonder goed.
Gomdruk is een van de oude edele procedé ’s voor het maken van een afdruk van een (veelal fotografisch verkregen) negatief van dezelfde grootte als de uiteindelijke druk. Aquarel papier wordt handmatig voorzien van een laagje gom, pigment en kaliumdichromaat. Onder invloed van UV licht wordt de gom hard en zal het de pigment vasthouden als het papier in water wordt gespoeld. Een beeld wordt meestal in een aantal lagen opgebouwd.

Vanzelfsprekend kan een druk ook met verschillende kleuren worden opgebouwd. Uiteindelijk bestaat de prent uit louter pigment en gom op papier. Daardoor wordt de gomdruk als zeer houdbaar gezien.
Cyanotypie is een oud fotografisch proces waarbij na belichting en ontwikkeling een cyaanblauwe afdruk ontstaat. De Engelse wetenschapper, fotograaf en astronoom, John Herschel ontdekte dit proces in 1842. Anna Atkins was degene die het voor het eerst toepaste in de fotografie. Het proces gebruikt twee ijzerzouten: ammoniumijzercitraat en kaliumhexacyanoferraat (III). Deze worden opgelost in water en in gelijke delen gemengd, aangebracht op een drager. Als na droging wordt belicht met UV licht (via bijv. een negatief van dezelfde grootte als de afdruk), veranderen de beide oplosbare ijzerzouten in een derde onoplosbaar ijzerzout dat een sterk blauwe kleur heeft.
Van Dyke Brown is een oud fotografisch proces waarin na belichting en ontwikkeling een sepiabruin beeld wordt gevormd. Ook hier is een negatief op werkelijke grootte nodig, waardoor heen met UV licht wordt belicht.
Om de verwarring over de termen rond oude fotoprocessen, waarin papieren lichtgevoelig worden gemaakt door ze te bestrijken met een chemische stof, te voorkomen, heeft Christina Anderson (2013) ze als volgt gedefinieerd/ onderscheiden:
Vandyke Brown (VDB) gebruikt zilvernitraat+ ferri-ammonium citraat+ tartaric acid (wijnsteenzuur)
Kallitype gebruikt zilvernitraat + ferri-oxalate
Salted Paper gebruikt alleen zilvernitraat (en geen ijzerzouten)
Cyanotypie gebruikt alleen de ijzerzouten (potassium-) kaliumferricyanide (roodbloedloogzout) en ferri-ammoniumcitraat